De kwaliteit van het openbaar gebied wordt door de inwoners vaak het meest intensief beleefd. Zaken als: zwerfvuil, verzakte stoeptegels, niet brandende lantaarnpalen, slecht onderhouden plantsoenen, moeilijk toegankelijke gemeentelijke gebouwen, zijn onderwerpen die de directe omgeving van de burgers raken. Zij hebben hier dan ook een duidelijke mening over. Ook de reacties die vanuit de wijk- en dorpsraden geuit worden, gaan vaak over het beheer van de openbare ruimte.
De gemeente is als beheerder van deze openbare ruimte verantwoordelijk voor een groot aantal kapitaalgoederen. De gewenste kwaliteit van kapitaalgoederen zoals openbaar groen, water, wegen, kunstwerken, straatmeubilair, riolering, openbare verlichting en gebouwen bepaalt mede het voorzieningenniveau in de gemeente en de daarmee gemoeid zijnde (jaarlijkse) lasten. Daartoe wordt periodiek voor elk van genoemde kapitaalgoederen een nota vastgesteld door de raad. Hierin worden de kaders weergegeven voor het onderhoud(sniveau), de bijbehorende kosten, de normkostensystematiek en het meerjarig budgettair beslag.
In deze paragraaf “onderhoud kapitaalgoederen” gaan we in op het beleidskader en de daaruit voortvloeiende financiële gevolgen voor het beheer en het onderhoud van de kapitaalgoederen van de gemeente. Voor verschillende kapitaalgoederen zijn inmiddels meerjarige onderhoudsplannen vastgesteld. Deze worden gekoppeld aan budgetten in de begroting. Verder moeten er antwoorden gevonden worden op vragen als: is het beheer in de gemeente goed geregeld? Is er behoefte aan het opstellen van onderhoudsbeleidsplannen, en zo ja, welke criteria gebruiken we? Hoe verhouden de in de begroting opgenomen onderhoudsbudgetten zich tot de onderhoudsplannen en de uitvoering ervan? Is er achterstallig onderhoud, en zo ja, hoe werken we die weg? Welke (financiële) risico’s lopen we?
Als basis voor het vaststellen van beleid ten aanzien de gewenste kwaliteit van onderhoud en beheer van onze kapitaalgoederen zijn geautomatiseerde beheerpakketten geïmplementeerd op het gebied van wegen, riolering, openbaar groen, openbare verlichting en vastgoedbeheer. Voor het vastgoedbeheer moet de data nog gecompleteerd worden. Wij kunnen nu de verschillen aangeven tussen bestaand beleid en gewenst beleid, alsmede de daaraan verbonden financiële gevolgen.